Waters heeft weer een boek geschreven dat ik niet kon wegleggen. Urenlang heb ik achter elkaar gelezen tot mijn rugspieren het niet meer trokken.
Het is 1922. Een oudere dame en haar dochter hebben een te groot huis en te weinig geld het te onderhouden en besluiten daarom huurders in huis te nemen. Een leuk jong stel. De dochter krijgt al snel wat intensiever contact met het stel en dan ontwikkeld zich een broeierige verhaallijn met fatale gevolgen. Meeslepend.
Mijn enige kritische noot is dat ik een heel eind meekom in de hoofdpersonen, maar een echt wezenlijk contact ermee ontstaat uiteindelijk niet. Misschien omdat het andere tijden waren, misschien omdat er cultuurverschillen zijn of misschien omdat Waters het net niet helemaal weet te raken.