[:nl]Alle recensenten waren al op het maximum aantal sterren uitgekomen, maar toch wilde ik ook zelf vaststellen of dit nu zo’n goed boek is. Dat is het!
Martin de Gard beschrijft de familie Thibault rond 1910 in het eerste deel (dat boek 1 tot en met 6 bevat). Vader Thibault is een pater familias met alle voor- en nadelen van een dergelijke patriarchale sfeer in huis. Twee zoons – Jacques en Antoine – zijn zoekende naar de manier waarop ze zich tot hun vader en tot zichzelf verhouden.
Wat zo wonderlijk mooi is aan het boek, is dat het tijdloos lijkt te zijn. De dialogen van toen kunnen de dialogen van nu zijn. De dialogen zijn sowieso heel mooi en realistisch geschreven. Martin du Gard neemt je mee in de gedachtenwereld van deze mannen, terwijl je de dialogen leest. De slotscène van het boek is prachtig. Een dialoog tussen Antoine en de priester/biechtvader van zijn zojuist overleden vader. Ze kruizen de degens over wel of niet geloven. Over wel of niet geloven in God. Over de ratio versus het geloof. Ze zijn aan elkaar gewaagd waardoor ze doorspreken waar andere mensen al waren afgehaakt. Inspirerend!
Maar los daarvan is het een verhaal dat je steeds weer roept om verder te lezen; 800 bladzijden lang. [:]