Prachtig boek weer van mijn favoriete schrijver Jens Christian Grøndahl. Hij is dé meester in het beschrijven van (mijn) gedachtenwereld. Alsof hij in mijn hoofd kan kijken en meeluisteren naar alle spinsels.
In dit boek blikt een man terug door de betekenis te onderzoeken van de vrouwen in zijn leven. Van zijn moeder, tot zijn lerares, zijn ex-vrouw, dochter en minnaressen. Welke luiken ze hebben geopend en welke gesloten? Het boek ademt de melancholieke sfeer die Grøndahl zo goed kan scheppen, maar voor mijn gevoel minder zwaar dan in eerdere boeken. Of ik ben zelf opgewekter nu, dat kan ook.
Ik vind dat hij zo ontzettend goed kan schrijven. De omgeving, de lichtval, een gelaatsuitdrukking; steeds een pennenstreek waarmee hij sfeer schept. Erg mooi en het doet me denken aan de schilderijen van Hopper.
Ze keek me telkens maar een paar seconden aan, dan keek ze weer weg en richtte haar blik op een onbestemd punt buiten het raam. Het felle zonlicht werd doorsneden door de gebouwen die in de weg stonden en viel in scheve driehoeken en vierkanten in de straat. Een mooie middag. Het drong tot me door dat ze mijn blik niet alleen ontweek uit verlegenheid, maar ook uit respect, al kon ik niet veel meer dan vijf jaar ouder zijn dan zij.